Neurotransmitters
Neurotransmitters zijn signaalstoffen in de hersenen. Ze functioneren als boodschapperstoffen die voor de interne communicatie zorgen. Deze neurotransmitters zijn naast de communicatie binnen het zenuwstelsel ook betrokken bij de motoriek, immuniteit, emotionele expressie, focus, concentratie en pijnbeleving. Als er sprake is van een gebrekkige functionaliteit van een neurotransmitter, dan merkt men dat bijvoorbeeld aan gevoelens van angst, stemming, toegenomen prikkelbaarheid, verminderde plezierbeleving, veranderde pijnwaarneming, ongeremde of juist gebrek aan eetlust, trage stofwisseling, onvoldoende controle over emoties, vermoeidheid of verminderd zelfvertrouwen.
Voldoende beschikbaarheid van neurotransmitters hangt nauw samen met een goede functie van het geheugen, goede alertheid, goede leerfunctie, emotionele stabiliteit en het vermogen tot rust te komen.
Neurotransmitters worden uit bouwstenen gemaakt die afkomstig zijn uit de dagelijkse voeding, voornamelijk aminozuren. Aminozuren zijn kleine delen van eiwitten. Bij onvoldoende aanvoer van aminozuren/eiwitten uit de voeding, kunnen tal van verstoringen ontstaan. Om uit de beschikbare aminozuren neurotransmitters te maken, beschikken onze lichaamsweefsels over enzymen. Dit zijn een soort van knippertjes die stoffen in een andere stof kunnen omzetten. De werking van deze knippertjes (enzymen) zijn voor hun functionaliteit onder meer afhankelijk van cofactoren zoals vitaminen, mineralen en sporenelementen. Vandaar dat binnen een behandeling ook voedingsadviezen gegeven kunnen worden om het lichaam te helpen langdurig beter te functioneren.